Het kruis op mijn rugEerder gepubliceerd als column in Playboy #12/2021Mijn vriendin had voor zichzelf een weekje Miami geboekt en zat de boekingsgegevens na te lezen op haar MacBook. 'Ik ga het hotel omboeken naar iets goedkopers,' zei ze al scrollend, 'deze is te duur.' Ik liet mijn krant zakken en zei: 'Dan betaal ík toch de helft?' Ze klapte haar MacBook dicht. 'Waarom zou je dat doen?' vroeg ze. 'Ach,' zei ik, 'mag jij ook eens een keer ontspannen?' Ik dacht even na. 'Zie het maar als een herstelbetaling. Voor alle schade die ik heb aangericht in je leven.' 'Een herstelbetaling?' 'Ja, dat is een prima systeem, kijk maar naar de Duitse herstelbetalingen van na de Eerste Wereldoorlog. Keurig afbetaald, laatste termijn in 2010, niks aan de hand. Het is niet voor niets dat Pünktlichkeit een Duits woord is.' Ze pruttelde nog wat tegen tot ik waarlijk opstond en riep: 'Ik stá erop!' Een goede daad doe je voornamelijk voor jezelf, heeft een wijs man ooit geschreven. Wie was dat ook alweer? O ja, ikzelf. Thuis klapte ik mijn MacBook Air open om het bedrag over te maken. 'Herstelbetaling', typte ik in de omschrijving. Ik pakte mijn retrofuturistische Raboscanner om het vierkantje met die leuke kleurtjes te scannen, vulde de code in en bam! Weg was mijn geld. Onbaatzuchtigheid - het hoeft niet meer te kosten dan 500 euro. Ineens begreep ik waarom er zoveel mensen bij ngo's en goededoelenorganisaties werken. Ik voelde me een weldoener, wat zeg ik, ik voelde me een halve Jezus. Meteen wilde ik een héle Jezus worden, maar hoe? Nog eens 500 euro overmaken leek me te, eh, goedkoop. De volgende middag bezocht ik de fysiotherapeute die pogingen doet mijn kapotte prikarm te repareren. Na wat oefeningen pakte ze een grote rol plakband. 'Ben je allergisch voor tape?' vroeg ze. 'Nou, als ik het niet vaker dan twee keer per week eet, gaat het wel,' zei ik. Ze keek me vermoeid aan. 'Ik bedoel op je huid.' 'O, bestaat dat?' zei ik. 'Nee, volgens mij niet.' Op mijn bovenrug plakte ze een kruis van tape, niet het katholieke kruis, maar een X, zo een waar je op klikt om een window te sluiten. Thuis bekeek ik de X in mijn badkamerspiegel. Het voelde alsof ik was gecanceld door een groep militante jonge feministes van diverse kleuren omdat ik zo sleepy ben (het tegenovergestelde van woke). Zó zou ik vanaf nu over straat moeten: met een X op mijn rug. Het brandmerk zou verstopt zitten onder drie lagen kleding, maar in de zomer zou je het door mijn T-shirt heen kunnen zien. De mensen zouden mij uitlachen en mij bekogelen met ijs, petiet frat, djonko's of wat ze ook maar in hun handen hadden. Eigenlijk ben ik al driekwart Jezus, dacht ik voor de spiegel, want ik heb 134 volgelingen. Tenminste, dat is het aantal mensen op mijn mailinglist. Of nee, 133 volgelingen, nummer 134 ben ik zelf, ter controle of de mail goed is verstuurd. En er zijn meer overeenkomsten: een lekker glas wijn ga ik niet uit de weg en af en toe houd ik een toespraak die met gejuich wordt ontvangen, waarna de gehypnotiseerde menigte de portemonnee trekt om mijn Woord te kopen. (Ik heb het hier over mijn drie boekpresentaties.) Gelukkig haalde de fysiotherapeute de tape er een week later alweer af. 'Oe,' zei ze, en ook 'Hmm...' en 'Zo!'. Thuis deed ik mijn bovenkleren uit, ging met mijn rug naar de badkamerspiegel staan en draaide mijn hoofd in een fysiotherapeutisch onverantwoorde positie. Op mijn rug zaten een stuk of zes grote, rode striemen. Het begon zowaar ergens op te lijken. << Vorige column | Volgende column >> [ Maar wat is het? ] |