[ Even bijpraten met... ]


Het is mij, Lex!
[ De afgelopen maanden heb ik diverse bekende Nederlanders gevraagd of ze een column wilden schrijven voor [ Maar wat is het? ]. Er was er slechts een die toestemde: Lex Goudsmit. Hij kwam zelf met de titel 'Even bijpraten met...' Dit is de elfde en laatste column.]


Als wensen paarden waren, konden bedelaars uit rijden gaan!

Beste mensen, het is weer hoog tijd voor een verhaaltje van mij! Ik heb de laatste weken natuurlijk weer genoeg meegemaakt om over te schrijven, want ik ben een actieve bejaarde, hoor! Zo heb ik vanmiddag bijvoorbeeld een bezoekje gebracht aan mijn huisarts. Niet voor iets ernstigs hoor, gewoon een verkoudheid die maar niet over wil gaan. Ik zou er uit mezelf ook niet mee naar de dokter zijn gegaan maar mijn vrouw Leentje zat de hele week te zeuren dat ik er nou toch echt eens naar moest laten kijken, omdat dat niet normaal was, een verkoudheid van vier weken, en dat ik niet zo eigenwijs moest zijn en ook eens een keer een griepprik moest halen net zoals zij dat ieder jaar deed. Dus ja, toen ben ik maar gegaan. Niet omdat ik me zorgen maakte over mijn gezondheid, maar omdat dat de enige manier was om Leentje te laten ophouden met zeuren. Na veertig jaar huwelijk weet ik inmiddels wel dat dat soort dingen zo werken.

Enfin, ik was al een paar jaar niet meer bij de huisarts in ons dorp geweest, en ik schrok behoorlijk toen ik binnenkwam: de hele dokterspraktijk was verbouwd! Verdwenen was de statige wachtkamer, waar je met andere oudere patiënten altijd urenlang over vroeger kon praten, verdwenen was ook het kamertje van zijn assistente (waarvan de deur altijd openstond, zodat ze fijn mee kon babbelen met de gesprekken in de wachtkamer) en alles was ineens wit en steriel geworden, in plaats van donkerbruin en gezellig rommelig. De assistente zat nu ook achter zo'n glazen ruit met gaatjes, net als de meisjes bij de kassa van de bioscoop (of had ik het daar vorige keer ook al over? Ik word een beetje vergeetachtig, mensen! Af en toe vergeet ik zelfs wanneer de repetities van Sesamstraat zijn!), en het was ook helegaar niet meer dezelfde assistente: het leuke jonge ding van vroeger was vervangen door een - vergeeft u mij de uitdrukking - oude taart! Ik zag het al meteen aan haar gezicht, nog voordat ze überhaupt iets gezegd had: dit is zo'n chagrijnig mens waardoor wij ouderen allemaal een slechte naam krijgen.

Mijn eigen huisarts, waar ik al vijfendertig jaar bij dokter, was er niet. 'Die is hier nog maar één dag in de week,' zei de assistente toen ik vroeg of hij soms visites aan het rijden was. En of ik dat niet in de folder gelezen had, zei ze op boze toon, en dat ze die folders niet voor niets verstuurden. Ze keek me aan zoals de schooljuffrouw vroeger altijd naar me keek, voordat ze met de liniaal op mijn vingers ging slaan. Ik had nu al een hekel aan deze assistente. Wat een onaardige vrouw!
'Die folders van jullie lees ik inderdaad niet,' zei ik daarom brutaalweg. 'Ik heb dat een tijdje gedaan, en elke keer als ik weer zo'n eng verhaal over diabetes of reumatiek of wat voor enge ziekte dan ook had gelezen dacht ik meteen dat ik die ziekte zelf ook had! Kunnen jullie niet eens wat leukers versturen? Bijvoorbeeld over dokters die allemaal zieke kindertjes in de arme landen beter hebben gemaakt? Met van die leuke foto's erbij waarop je dan zo'n hele klas met van die grappige negertjes bij een schoolbord ziet staan?' Terwijl ik dat zei moest ik ineens niezen, en expres hield ik mijn hand niet helemaal goed voor mijn mond. Die assistente zat dan wel achter een glazen wand, maar ik nieste zo hard dat er toch wat spetters door de gaatjes heen gingen en op haar hoornen bril terecht kwamen. Het was toch al een lelijke bril, mijn vrouw had er ook zo een gehad, maar dat was in de jaren zestig, toen dat model bril nog in de mode was!

Nou ja, ik kon dan nog wel door een van de nieuwe huisartsen geholpen worden en ik moest maar even in de wachtkamer gaan zitten. Dat deed ik toen maar. Natuurlijk probeerde ik een gesprekje met de mevrouw naast me aan te knopen, maar die keek mij aan alsof ik een misdadiger was die net was ontsnapt uit de gevangenis, dus ik zei maar niks meer tegen haar. Niemand zei eigenlijk wat in die wachtkamer, terwijl het er toch best wel druk was. Een paar moeders met kinderen (allemaal veel te dik, die kinderen! Zou dat soms komen doordat ze de hele dag patat en frikadellen eten? Ik zie het wel gebeuren hoor, als ik langs de middelbare school bij mij in de buurt wandel: die kinderen gooien de volkorenboterhammen die hun moeder voor ze gesmeerd heeft gewoon in de prullenbak en gaan dan naar het cafetaria! De vlerken!), wat vrouwen van mijn leeftijd met krukken en een paar jonge mannen, die er zo op het oog toch gezond uitzagen. Zij zaten aan de andere kant naast me en hadden dan nog wel een soort van gesprek.

Ik kon niet alles goed horen, want de batterijen in mijn gehoorapparaat waren bijna op (Leentje had ze de vorige avond zeker weer stiekem in de afstandsbediening van de televisie gedaan), maar wat ik kon verstaan was niet echt boeiend. Ik kon er bovendien niet over meepraten, het ging alleen maar over lease-auto's, eindejaarsbonussen, promoties en tweede hypotheken. De een wilde nog meer dan de ander, volgens mij hoorde ik zelfs een van die mannen over een derde hypotheek praten! Ik wist helegaar niet eens dat dat kon! De mensen willen toch veel te veel tegenwoordig, niet alleen op hun werk maar ook thuis. Iedereen wil een perfect leven leiden en draait dientengevolge helemaal door! Men rent en vliegt maar van de fitness naar de bijscholingscursus en dan weer naar balletles om de kinderen op te halen; vindt u het gek dat die wachtkamer van de dokter zo vol zat. Dat hou je toch niet vol? Je kunt wel van alles willen, maar dat betekent niet dat je daar dan ook recht op hebt.

Mijn grootvader zei vroeger altijd al: 'Als wensen paarden waren, konden bedelaars uit rijden gaan!' En zo is het.

Om de een of andere reden werd ik ineens een beetje depri (zoals mijn schoonzoon Henk dat geloof ik altijd noemt), daar in die wachtkamer. Maar gelukkig weet ik de kleine dingen in het leven nog te waarderen, en dus dacht ik gewoon aan de opnames van Sesamstraat waar ik die middag nog naartoe zou gaan, en aan Ieniemienie waar je altijd zo mee kunt lachen. Gewoon een middag plezier maken met je vrienden, dat is met het geld van vier hypotheken nog niet te koop. Dát zou die dokter eens in z'n foldertjes moeten zetten!


Tot de volgende keer!

Lex Goudsmit
Lex Goudsmit



[ Oudsmit ]

Gezelligheid kent geen tijd!

Een gegeven paard mag je niet in de bek kijken!

Boontje komt om zijn loontje!

Lachen is het beste medicijn!

Beter één vogel in de hand, dan tien in de lucht!

Van hard werken is nog nooit iemand doodgegaan!

Geld kun je maar een keer uitgeven!

Niet alle vooruitgang is verbetering!

Werk en lol, dat kan best samengaan!

'Kijk eens opa! Wat een rare eikel!'



[ Maar wat is het? ]